Recessie angsten uitgelegd: dit moet er gebeuren voor een recessie
In het kort:
Een recessie is een periode van dalende economische activiteit, gekenmerkt door een afname van de productie, stijgende werkloosheid en een daling in consumptie en investeringen.
Recessies kunnen verschillende oorzaken hebben, zoals stijgende olieprijzen, financiële crises of dalende vraag naar export.
Hoewel recessies zeldzaam zijn (gemiddeld 10% van de tijd), kunnen ze aanzienlijke kosten en verliezen met zich meebrengen.
Een recessie is een aanhoudende periode waarin de economische activiteit afneemt. Simpel gezegd kan je stellen dat bedrijfswinsten dalen, werkloosheid stijgt en zowel investeringen als consumptie afnemen. Historisch gezien komen recessies voor in golven, vaak gesynchroniseerd in meerdere landen. Zo zagen we gelijktijdige recessies in de jaren 70, 80, 90 en rond de eeuwwisseling, meestal samenhangend met een recessie in de Verenigde Staten, 's werelds grootste economie.
De meest recente grote recessie was de wereldwijde crisis die begon in 2007 en leidde tot de langste en diepste recessie sinds de Grote Depressie van de jaren dertig. Aangezien we op dit moment op veel plekken het gesprek gevoerd zien worden in hoeverre Amerika nou wel, of niet op het randje van een recessie hangt wil ik in dit artikel ingaan op wat nou daadwerkelijk een recessie inhoud.
Amerikaanse groei van het BBP de afgelopen 5 jaar:
Bron: TradingEconomics
Er bestaat helaas geen officiële definitie van een recessie in de vorm van een formule, maar algemeen wordt het gezien als een periode van economische krimp. De vuistregel die vaak gebruikt wordt, is twee opeenvolgende kwartalen van dalende reële BBP-groei. Echter, het vaststellen van een recessie gaat vaak verder dan alleen BBP-gegevens. Andere indicatoren zoals werkloosheid, inkomens, industriële productie en verkoopcijfers spelen ook een cruciale rol.
In de Verenigde Staten definieert het National Bureau of Economic Research (NBER) een recessie als “een significante daling in de economische activiteit verspreid over de economie, die langer duurt dan een paar maanden.” Deze brede definitie maakt het mogelijk om verschillende economische indicatoren mee te nemen in de analyse, en zorgt ervoor dat recessies beter worden gedetecteerd, zelfs als BBP-cijfers op korte termijn nog niet alles laten zien.
De oorzaken van recessies variëren behoorlijk. Vaak zijn ze gekoppeld aan schokken in prijzen van grondstoffen, zoals een plotselinge stijging van de olieprijs, wat leidt tot inflatie en een daling van de vraag naar producten en diensten. Ook beleidsbeslissingen, zoals het verlagen van inflatie door monetair beleid, kunnen de economie in een recessie duwen. Dat is simpel uitgelegd het spel dat de Federal Reserve nu speelt me de Amerikaanse economie, eentje waarbij het allemaal draait om het precies balanceren tussen het aanwakkeren van de economie, maar tegelijk ook de inflatie in toom houden.
Financiële markten spelen een sleutelrol in veel recessies. Het uitbreken van de financiële crisis in 2007, waarbij de huizenmarkt in de Verenigde Staten instortte, is daar een goed voorbeeld van. Bedrijven en huishoudens hadden te veel schulden opgebouwd, wat leidde tot een scherpe daling van de consumptie en investeringen toen ze hun schulden niet meer konden afbetalen. Dit is overduidelijk te zien in de grafiek hieronder, waarbij de schulden overigens als binnen enkele jaren de groei hervonden had.
De Amerikaanse household en non-household schulden:
Bron: Federal Reserve Bank of New York
Daarnaast kunnen recessies voortkomen uit een daling van de exportvraag, vooral in landen met sterke exportsectoren. Wanneer grote economieën zoals de VS of Duitsland in een recessie belanden, voelen hun handelspartners al snel de impact.
Ondanks de vele beschikbare economische indicatoren, zoals kredietvolumes, werkloosheidscijfers en consumentenvertrouwen, blijft het voorspellen van recessies behoorlijk moeilijk, al lijken veel mensen te denken te kunnen voorspellen wat er zal gebeuren. Deze moeilijkheid in het voorspellen komt deels doordat deze variabelen zowel een oorzaak als een gevolg kunnen zijn van een recessie. Zelfs met geavanceerde economische modellen kunnen economen slechts een deel van de recessies accuraat voorspellen, en vaak zijn ze niet in staat de ernst of duur goed in te schatten. Dit maakt het rentebeleid van de FED ook lasting, aangezien je het effect (behalve in de vorm van stijgende koersen zoals vandaag na de rentebeslissing) pas veel later terugziet in de daadwerkelijke economische cijfers.
Recessies zijn relatief zeldzaam maar kunnen zeer kostbaar zijn. Uit onderzoek blijkt dat eerste wereld economieën gemiddeld 10% van de tijd in een recessie verkeren. Een typische recessie duurt ongeveer een jaar en veroorzaakt een daling van het BBP met 2%, maar in ernstige gevallen kan dit oplopen tot 5%. Andere kenmerken van recessies zijn:
Consumentenkosten dalen vaak minder dan de algemene economische activiteit, maar industriële productie en investeringen nemen veel sterker af.
Internationale handel daalt, met een scherpe vermindering van zowel export als import.
Werkloosheid stijgt significant, terwijl inflatie meestal licht afneemt.
Tijdens recessies is er vaak ook turbulentie op de financiële markten. De waarde van huizen en aandelen daalt, wat verdere economische schade kan veroorzaken. De recente marktverstoringen door de afbouw van carry trades laten zien hoe kwetsbaar financiële markten kunnen zijn voor externe schokken, zelfs zonder directe economische achteruitgang.
Een depressie is een veel zwaardere vorm van een recessie, vaak gedefinieerd als een daling van meer dan 10% van het BBP. Dit gebeurt zelden: sinds 1960 is er slechts één depressie geweest in een geavanceerde/eerste wereld economie, namelijk in Finland in de vroege jaren 90, toen het BBP met 14% daalde. De Grote Depressie van de jaren dertig blijft echter de meest beruchte, waarbij de Amerikaanse economie met maar liefst 30% kromp over vier jaar.
Gezien de huidige marktsituatie, met een omgekeerde rentecurve en de eerste tekenen van oplopende werkloosheid, lijkt het onwaarschijnlijk dat aankomende renteverlagingen door de Fed een sterke positieve impact op de aandelenmarkten zullen hebben. Beleggers die hopen dat lagere rentetarieven de aandelenkoersen zullen doen stijgen, moeten wel rekening houden met de historische feiten: in acht van de elf gevallen waarin de Fed de rente verlaagde na een omgekeerde rentecurve, volgden recessies en dalingen van aandelenkoersen.
De afgelopen marktdalingen, zoals die in 2007-2009 tijdens de Grote Recessie en in 2000-2003 tijdens de dot-com crash, tonen aan dat de aandelenmarkten kwetsbaar blijven, zelfs als de Fed probeert de economie te ondersteunen met lagere rentetarieven. In beide gevallen daalden de S&P 500 met respectievelijk 36% en 38%, ondanks de ingrepen van de Fed. Voor nu houden we echter de hoop op een zogenaamde soft-landing waarbij we een groeiende BBP en een sterke economie kunnen behouden, wat uiteraard het beste zou zijn voor zowel de economie als parallel daarmee de aandelenbeurs.
Recessies vormen een normaal, zij het pijnlijk, onderdeel van economische cycli. Hoewel ze zeldzaam zijn en moeilijk te voorspellen, kunnen ze aanzienlijke schade aanrichten, vooral wanneer ze gepaard gaan met financiële crises of externe schokken, zoals de afbouw van goedkoop krediet via carry trades in de afgelopen periode.
Comments