top of page

Inflatie in de VS lager dan verwacht: dit betekent het voor de beurs

In het kort

  • De Amerikaanse consumentenprijsindex (CPI) steeg in augustus met 2,5% op jaarbasis, lager dan de verwachte 2,6%, wat een mogelijk signaal kan zijn voor de Federal Reserve om sneller renteverlagingen door te voeren.

  • De kern-CPI, exclusief voedsel en energie, bleef op een stabiel niveau van 3,2% ten opzichte van vorig jaar.

  • De lagere inflatiecijfers sturen de verwachtingen richting een versoepeling van het monetaire beleid door de Federal Reserve, met meer kans op hogere renteverlagingen.


De consumentenprijsindex (CPI) voor augustus kwam uit op 2,5% op jaarbasis, een daling ten opzichte van de 2,9% die in juli werd geregistreerd. Dit was iets onder de voorspellingen van 2,6%, wat erop wijst dat de inflatiedruk iets aan het afnemen is. De maand-op-maand stijging was, net als vorige maand, 0,2%. Dit betekent dat de inflatie op maandbasis stabiel blijft, terwijl de jaarlijkse stijging iets gematigder is geworden.


De ontwikkeling van de (Overall/Core) CPI inflatie:

Bron: Labor Department


De kern-CPI, een maatstaf die voedsel- en energieprijzen uitsluit vanwege hun volatiliteit, steeg in augustus eveneens met 0,2% op maandbasis en bleef stabiel op 3,2% op jaarbasis. Deze kerninflatie blijft een belangrijk aandachtspunt voor de Federal Reserve, omdat het de onderliggende inflatiedruk weergeeft, exclusief schommelingen in meer volatiele sectoren.


Deze lagere inflatiecijfers zullen zeker een invloed gaan hebben op de besluitvorming van de Federal Reserve op 18 september, die zich zal gaan buigen over mogelijke renteverlagingen. De zwakkere dan verwachte inflatie zou de Fed kunnen aanmoedigen om sneller in actie te komen met renteverlagingen, wat gunstig zou zijn voor de financiële markten en de kredietkosten voor bedrijven en consumenten zou kunnen verlagen.


Met een daling van de inflatie richting de 2% doelstelling van de Federal Reserve, kan het zijn dat beleidsmakers een agressievere benadering overwegen in het verlagen van de rentetarieven. Als we een sterker inflatiecijfer zouden hebben gezien had dit de Fed kunnen aansporen om een meer afwachtende houding aan te nemen, waarbij ze eerst meer data afwachten voordat ze grote stappen ondernemen. Nu lijkt een 50 bps rente verlaging echter weer waarschijnlijker geworden.


Naast de consumentenprijsindex is er ook veel aandacht voor de producentenprijsindex (PPI), die 24 uur later wordt vrijgegeven. De PPI meet de inflatie vanuit het perspectief van bedrijven en producenten, en kan verdere aanwijzingen geven over de inflatiedruk in de economie. Een hogere PPI kan bijvoorbeeld wijzen op hogere kosten die uiteindelijk worden doorberekend aan consumenten, wat de consumentenprijsinflatie verder zou kunnen aanwakkeren en daarmee juist weer een meer afwachtende houding van de FED.


De markten reageren doorgaans gevoelig op inflatiegegevens, aangezien deze rechtstreeks van invloed zijn op het beleid van de Federal Reserve en de verwachtingen voor renteverlagingen. De lagere dan verwachte inflatie kan positief worden ontvangen door beleggers, omdat dit betekent dat er mogelijk een versoepeling van het beleid aan zit te komen. Tegelijkertijd zal de Fed waarschijnlijk ook voorzichtig blijven, vooral als de kerninflatie hoog blijft, wat een indicatie kan zijn dat er nog steeds sprake is van onderliggende prijsdruk in de economie.



De komende dagen zullen cruciaal zijn voor de markten, vooral met de aankomende publicatie van de producentenprijsindex. In het licht van deze data zullen beleggers en beleidsmakers zich voorbereiden op de volgende zet van de Federal Reserve, waarbij renteverlagingen steeds waarschijnlijker lijken.

Comments


Net binnen..

Meld je aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief!

Bedankt voor het abonneren!

bottom of page