Huizenprijzen exploderen verder in 2025: Lees hier hoeveel en waarom
- Rens Boukema
- 13 dec 2024
- 4 minuten om te lezen
In het kort:
Huizenprijzen blijven stijgen: Rabobank verwacht een prijsstijging van 9,2% in 2025, gevolgd door 6,0% in 2026. Flevoland en de randen van Nederland zien de grootste prijsstijgingen door toenemende vraag.
Betaalbaarheid onder druk: Huizenprijzen stijgen sneller dan lonen, wat de koopkracht beperkt. Starters profiteren deels van de verkoop van huurwoningen (uitponding) en versoepelde leennormen.
Aantal transacties neemt af: In 2025 verwacht Rabobank 198.000 woningverkopen, een daling ten opzichte van 2024 (204.000). Nieuwbouw blijft achter bij de vraag.
Rabobank, ING en De Nederlandsche Bank (DNB) geven allemaal inzicht in de ontwikkeling van de huizenprijzen en de woningmarkt in Nederland. Deze cijfers laten zien hoe de marktdynamiek verandert door prijsstijgingen, een krap aanbod en structurele veranderingen in financieringsmogelijkheden. Volgens de meest recente cijfers van het CBS lagen de huizenprijzen in oktober 11,5% hoger dan een jaar eerder, deze groei zet dus waarschijnlijk door.
Huizenprijzen stijgen door aanhoudende vraag
Rabobank voorspelt een prijsstijging van 9,2% in 2025, bovenop een verwachte stijging van 8,8% in 2024. Dit tempo ligt ver boven de inflatie en loongroei, wat de betaalbaarheid van woningen onder druk zet. De belangrijkste redenen voor deze stijgingen zijn:
Krap aanbod: Nieuwbouw blijft achter bij de vraag, ondanks een toename van het aantal woningen in aanbouw. Het kabinet haalt het doel van 100.000 nieuwe woningen per jaar nog niet.
Groeiende bevolking: De bevolkingsgroei verhoogt de vraag naar woningen, vooral in goedkopere regio's zoals Flevoland.
Lagere hypotheekrente: Dalende rentes vergroten de leencapaciteit en stimuleren hogere biedingen.
DNB verwacht dat de gemiddelde prijs van een woning in 2025 €520.000 zal bedragen. Starters moeten hiervoor een gezamenlijk bruto-inkomen hebben van €106.000, wat slechts 36% van de huishoudens kan opbrengen.
Regionale verschillen: Flevoland en randen van Nederland
Volgens Rabobank en DNB zullen huizenprijzen niet overal in hetzelfde tempo stijgen:
Flevoland en randen van Nederland: Deze regio's zijn aantrekkelijker door lagere prijzen en stijgende betaalbaarheidsproblemen in stedelijke gebieden. In regio's zoals Delfzijl verwacht Rabobank een groei van 12%, tegenover slechts 4% in Zeeuws-Vlaanderen.
Stedelijke gebieden: Hier vlakt de prijsstijging af door een hogere instapdrempel en een tekort aan betaalbare woningen.
Betaalbaarheid: Druk op starters en koopkracht
Stefan Groot, woningmarkteconoom bij Rabobank, benadrukt dat huizenprijzen sneller stijgen dan lonen. Dit verslechtert de betaalbaarheid:
Lonen versus huizenprijzen: Lonen stijgen minder snel dan de huizenprijzen, waardoor huizenkopers genoodzaakt zijn goedkopere regio’s op te zoeken.
Starters: Ondanks de zorgen over starters, is meer dan de helft van de huizenkopers jonger dan 35. Een belangrijke reden hiervoor is de verkoop van huurwoningen (uitponding), die vooral appartementen omvat. Dit vergroot het aanbod voor starters.
Door versoepelde leennormen in 2025 kunnen alleenstaanden tot €16.000 meer lenen en weegt studieschuld minder zwaar, wat hen meer ruimte geeft op de woningmarkt.
Aantal transacties: Dalende trend door nieuwbouwachterstand
Rabobank verwacht dat het aantal woningverkopen in 2025 zal dalen naar 198.000, een afname van 6.000 transacties vergeleken met 2024. De belangrijkste oorzaak is de nieuwbouwachterstand. Hoewel er meer bouwvergunningen zijn afgegeven, blijft de oplevering achter bij de ambitie.
De huizenmarkt blijft dus naar verwachting sterk in beweging, de stijgende prijzen en beperkte betaalbaarheid zetten starters en doorstromers steeds verder onder druk. Hoewel versoepelde leennormen en extra aanbod via uitponding enige verlichting bieden, is de structurele oplossing gericht op meer nieuwbouw.
Flevoland en andere goedkopere regio’s blijven aantrekkelijk, maar ook daar worden woningen duurder door aanhoudende en de afgelopen tijd hard groeiende vraag.
Voor beleggers en huiseigenaren blijft de markt winstgevend, maar starters en huishoudens met lagere inkomens zullen creatieve oplossingen moeten zoeken om een plek te bemachtigen. De huidige dynamiek vraagt om langdurige ingrepen, zoals meer nieuwbouw en hervormingen van fiscale voordelen zoals de hypotheekrenteaftrek.
Wil jij profiteren van de stijging van de huizenprijzen, maar heb je niet het kapitaal om direct een woning aan te kopen? Met de prijzen die in 2025 naar verwachting met 9,2% stijgen en een gemiddelde woningprijs van €520.000, is het voor veel mensen simpelweg niet haalbaar om een huis te kopen in dezs oververhitte markt. De betaalbaarheid staat onder druk, vooral voor starters, die al snel een ton aan jaarinkomen nodig hebben om überhaupt mee te doen op de woningmarkt.
Gelukkig biedt de vastgoedmarkt ook mogelijkheden zonder dat je zelf een woning hoeft aan te kopen of te beheren. Via vastgoedfondsen kun je eenvoudig beleggen in de huizenmarkt en meeprofiteren van de stijgende prijzen, zonder de hoge instapdrempel.
Wat zijn vastgoedfondsen?
Vastgoedfondsen bieden een laagdrempelige manier om in vastgoed te investeren. Ze beheren een portefeuille van diverse panden, zoals woningen, kantoren, winkelpanden en logistiek vastgoed. Als belegger koop je aandelen in het fonds, en profiteer je van:
Huurinkomsten: Een stabiele bron van inkomsten, die vaak wordt uitgekeerd als dividend.
Waardestijging: De mogelijke meerwaarde van de panden in de portefeuille.
Waarom kiezen beleggers voor vastgoedfondsen?
Toegankelijkheid: Starten kan al met relatief lage bedragen.
Diversificatie: Spreiding over meerdere vastgoedobjecten verlaagt het risico.
Professioneel beheer: Vastgoedexperts zorgen voor aankoop, onderhoud en verhuur.
Passief inkomen: Regelmatige dividenduitkeringen zonder de rompslomp van verhuur of onderhoud.
Benieuwd waar je moet beginnen? In ons overzicht van beste vastgoedfondsen van 2024 vind je betrouwbare fondsen in Nederland en België, met forse rendementen en bewezen stabiliteit.
